Jaarverslag 2020 Actualiteit: Prejudiciële vragen

*Om de linken naar ve-nummers of Migratieweb te kunnen gebruiken, dient u ingelogd te zijn op Migratieweb. Heeft u geen toegang dan kunt u een hier een proefaccount aanvragen. 

Het aantal prejudiciële vragen dat gesteld wordt aan het HvJEU neemt toe. We zien een sterke afname van het aantal gestelde vragen door de ABRvS in vergelijking met vorig jaar en een toename van het aantal vragen door rechtbanken. Een trend die zich ook doorzet in 2021 met alleen al in januari vier prejudiciële vragen van rechtbanken. Duidelijk is ook dat het niet stellen van vragen door de Afdeling, vragen van rechtbanken uitlokt.

De ABRvS heeft slechts één vraag aan het HvJEU voorgelegd en wel in december 2020, JV 2021/21 (ve20003987*). Deze vraag betreft of het Unierecht verplicht tot het ambtshalve toetsen van bewaringsgronden. Deze vraag heeft in januari 2021 meteen een vervolgvraag van de VK 's-Hertogenbosch uitgelokt, JV 2021/45 (ve21000228*).
De rechtbanken stelden in 2020 de volgende vijf prejudiciële vragen. VK 's-Hertogenbosch, JV 2020/30 (ve19003566*), vroeg het Hof over de eisen aan nova in nationale jurisprudentie, met name de eis over echtheid van documenten. VK Amsterdam, JV 2020/76 (ve20000728*) heeft aanvullende vragen gesteld bij vragen van VK Haarlem over visa-verlening, als niet bekend wordt gemaakt of bekend is geworden wat het land is dat bij de voorafgaande raadpleging, als bedoeld in art. 22 Visumcode, bezwaar heeft gemaakt tegen de afgifte van een visum aan de aanvrager. VK Utrecht stelde vragen, JV 2020/197 (ve20003019*), over het arrest Chavez (Heeft moeder verblijf in Nederland terwijl Nederlands kind in een derdeland verblijft?). VK Haarlem, JV 2020/209 (ve20003299*), stelde in oktober vragen over verdere uitleg art. 15 c Kwalificatierichtlijn met betrekking tot terugkeer kwetsbaar gezin naar Afghanistan. VK Amsterdam, JV 2021/10 (ve20003797*), stelde tenslotte in december een vraag of een verblijfsrecht op grond van het VWEU tijdelijk van aard is. Dit naar aanleiding van jurisprudentie van de Afdeling dat vreemdelingen met een Chavez-vergunning niet kunnen naturaliseren in Nederland omdat dit verblijf tijdelijk van aard is, maar de Afdeling het niet nodig vond hierover vragen te stellen.

TERUG